Onderwijsgebouw

Diergeneeskunde werd steeds populairder in de 19e eeuw. En daarom werd in 1877 het Onderwijsgebouw gebouwd met leslokalen en huisvesting voor studenten. Misschien was de populariteit wel te danken aan scheikundedocent Henry van ’t Hoff, de eerste Nederlander die een Nobelprijs won. Hij gaf in die tijd les in dit gebouw!

In de loop van de 19e eeuw werd het Poortgebouw te klein om het groeiend aantal studenten te huisvesten. Als noodoplossing werd in 1873 een houten ‘Woon- en onderwijsgebouw’ gebouwd op de plaats waar later de manege kwam. Tot 1901 werd hier naast scheikunde en natuurkunde bijna al het theoretisch-klinische onderwijs gegeven. Docent Henry van ’t Hoff (1852- 1911) gaf in dit bijgebouw in de jaren 1876-1877 het vak Natuurkunde. Daarna vertrok hij naar de Universiteit van Amsterdam waar hij tot lector in de chemie werd benoemd. In 1901 ontving hij als eerste Nederlander de Nobelprijs voor Scheikunde. 

Onderwijs en Woongebouw

In 1877 kwam er een permanente oplossing met de opening van een groot Onderwijs en Woongebouw. Studenten kregen er onderwijs in natuurkunde, scheikunde, plant- en dierkunde, fysiologie, histologie en embryologie krijgen. Het gebouw had zalen voor colleges en practica, onderwijscollecties, werkkamers, studeerkamers en laboratoria voor schei- en natuurkunde. De eerste en tweede verdiepingen werden ingericht als woonverblijven voor de studenten en werkruimten voor medewerkers. In 1899 werden de woonverblijven opgeheven en gingen de studenten in de omgeving van de Biltstraat op kamers bij een hospita. Daarna kreeg het gebouw een andere indeling. De begane grond kwam ter beschikking voor onderwijs en onderzoek in natuur- en scheikunde, de eerste verdieping voor fysiologie, de tweede verdieping voor natuurlijke historie en farmacie.