Paardenstallen

Tegenover de paardenkathedraal stonden de paardenstallen. Met bovenop twee kleine hooizolders. Tijdens de Tweede Wereldoorlog bleek dit de perfecte plek voor onderduikers om in te schuilen. Tegenwoordig zijn de stallen in gebruik als woningen.

In 1905 kwamen er 6 stallen bedoeld voor proefpaarden en paarden die voor behandeling waren opgenomen bij de klinieken voor Heelkunde, Verloskunde en Inwendige Ziekten. In 1912 kwamen daar nog 12 stallen en een overdekte standplaats voor dieren bij. Boven de stallen bevonden zich hooizolders. Tijdens de Tweede Wereldoorlog waren deze zolders in gebruik als schuilplaats voor onderduikers. De onderduikers kregen voedsel en water van medewerkers en studenten van de faculteit. 

Eerste vrouwelijke veearts

Een opvallende student was Jeannette Voet (later Donker-Voet) die in 1930 haar veeartsendiploma ontving. Zij was de eerste vrouwelijke veearts in Nederland. Aanvankelijk stond de Veeartsenijkundige Faculteit niet positief tegenover haar komst. Veearts was toen een typisch mannenberoep en het werk in de veehouderij zou te zwaar zijn voor een vrouw. Jeannette koos niet voor de praktijk maar volgde een carrière in microbiologisch onderzoek. Tegenwoordig is ruim 80% van de eerstejaars studenten diergeneeskunde vrouw. Als eerbetoon aan de eerste vrouwelijke dierenarts in Nederland draagt een faculteitsgebouw op het Utrecht Science Park de naam Jeannette Donker-Voetgebouw.

Paardenstallen

Rijksbouwmeester C.H. Peters (1847-1932) ontwierp de stallen. Elke stal heeft 17,5 m2. De totale rij paardenstallen is ruim 80 meter lang. Naast de manege en de paardenstallen op het Veeartsenijterrein werkte Peters in dezelfde periode ook aan het ontwerp van de Koninklijke Stallen van Paleis het Loo in Apeldoorn. Na de verhuizing van de Faculteit Diergeneeskunde naar De Uithof (Utrecht Science Park) dreigden de stallen te worden gesloopt. Maar na protesten van de Utrechtse bevolking ging dat niet door. Uiteindelijk zijn de stallen gerenoveerd en verbouwd tot sociale huurwoningen waarbij telkens twee stallen zijn samengevoegd tot één woning. Op de gevels is de oude nummering van de stallen nog terug te vinden.